Cholesterol vet en de bloedsomloop

Cholesterolgehalte - misschien heeft u het laten controleren bij een bezoek aan de dokter? De meeste mensen weten, dat het cholesterolgehalte niet te hoog mag zijn.

Maar wat is cholesterol precies? Wat beïnvloedt het cholesterolgehalte op de goede of verkeerde manier en wat kunt u zelf doen om uw cholesterolgehalte op een verantwoord niveau te houden?

Dit alles kunt u verderop op de pagina vinden.

Cholesterol vet en de bloedsomloop
ChoLevel

€17,95 €35,95

    Visolie

    from€12,95

      Hydrolet

      €19,95 €39,95

        Wat is cholesterol?

        Wanneer we het over cholesterol hebben, kan het al snel een beetje verwarrend worden. Er is het vetcholesterol - maar het woord "cholesterol" wordt ook gebruikt in het dagelijkse spraakgebruik als een groep samengestelde deeltjes in het lichaam, die ook wel lipoproteïnen genoemd worden. Hier zullen we inzicht geven in beide termen voor cholesterol.

        Het vetcholesterol is een essentieel vet, dat nodig is om uw lichaam te laten functioneren. Het maakt deel uit van al onze celmembranen en kan door alle cellen in het lichaam worden aangemaakt, maar wordt vooral in de lever aangemaakt. Cholesterol wordt gekenmerkt door het feit, dat het kan worden opgelost in organische oplosmiddelen zoals alcohol, terwijl het niet in water kan worden opgelost. Cholesterol wordt niet alleen in het lichaam gevormd - we nemen het ook op via onze voeding - ca. 1/3 van het cholesterol in het lichaam komt uit voedsel, de rest produceren we zelf. Cholesterol heeft een speciale chemische structuur, waardoor het lichaam het kan gebruiken om o.a. vitamine D en een aantal stress- en geslachtshormonen - cortisol (stresshormoon), oestrogenen (vrouwelijk geslachtshormoon) en androgenen (mannelijk geslachtshormoon) - op te nemen.

         

        Het belang van cholesterol voor het lichaam

        Wanneer het woord 'cholesterol' in de dagelijkse spraak wordt gebruikt, wordt het gebruikt als een term voor een aantal samengestelde deeltjes in het lichaam - deze worden lipoproteïnen genoemd en zijn bedoeld om vetten door het bloed te transporteren. Wanneer u uw cholesterolgehalte laat meten door uw arts, zijn het deze samengestelde deeltjes die worden gemeten. Het wordt ook serumcholesterol genoemd. Het cholesterolgehalte bestaat uit verschillende onderdelen, die allemaal van belang zijn wanneer de arts moet beoordelen of er behoefte is aan een verandering van levensstijl of niet.

        Cholesterol speelt een sleutelrol bij de vertering van vetten uit voedsel. De drie belangrijkste en meest stimulerende onderdelen van ons voedsel zijn vet, koolhydraten en eiwitten. Van deze drie is vet de meest energierijke, en in het lichaam maken de vetten deel uit van het celmembraan en bovendien wordt het vet gebruikt om energie te creëren voor de vele functies van het lichaam. Wanneer de hoeveelheid vet, die wordt geconsumeerd, groter is dan wat het lichaam nodig heeft, wordt het vet opgeslagen en zet het zich af als extra gewicht op het lichaam.

        Tegelijkertijd spelen de vetzuren een belangrijke rol in de communicatie tussen de lichaamscellen. Sommige vetzuren - omega-3 en omega-6 - worden daardoor omgezet in signaalstoffen, die zorgen voor communicatie tussen de cellen.

         

        De reis van de vetten in het lichaam

        Wanneer vetten uit onze darm moeten worden geabsorbeerd, moeten ze worden "verpakt", zodat ze getransporteerd kunnen worden in de waterige omgeving die ons lichaam vormt. Het vindt plaats in de darm d.m.v. gal, die in de lever wordt geproduceerd. Gal is rijk aan cholesterolbevattende stoffen, die worden gebruikt om kleine "belletjes" vet (chylomicronen) te produceren. Deze bellen worden via de lymfe en verder de bloedbaan in getransporteerd, waar de vetten voor gebruik naar de lichaamscellen worden gestuurd, zoals eerder beschreven.

        Zodra de vetten in de bloedbaan circuleren, worden ze onderschept door de lever, die deeltjes met een hoog vetgehalte (triglyceriden) produceert. Deze deeltjes worden VLDL (Very Low Density Lipoprotein) genoemd. Wanneer ze via de bloedbaan naar de verschillende delen van het lichaam worden gestuurd, geven ze vetzuren af ​​aan de cellen en worden ze geleidelijk cholesterolrijker - en eindigen ze als LDL (Low Density Lipoprotein)

         

        De belangrijkste types cholesterol

        Er zijn dus verschillende soorten cholesterol, die via ons bloed door het lichaam getransporteerd worden. Hier kunt u lezen over de drie belangrijkste soorten:

        VLDL-cholesterol (Very Low Density Lipoprotein) is een lipoproteïne - transporteiwit - dat wordt geproduceerd door de lever en nieuw gevormde vetten (triglyceriden) bevat, die naar de lichaamscellen moeten worden gestuurd. Een verhoogd niveau van triglyceriden in het bloed wordt meestal gezien na een vetrijke maaltijd, maar als het niveau gedurende lange tijd hoog is, wordt dit als verkeerd beschouwd.

        LDL (Low Density Lipoprotein) bevat meer cholesterol dan VLDL. Als de cellen geen cholesterol hebben, kunnen ze een zogenaamde LDL-receptor vormen. Hiermee kan LDL zich aan de cel binden en zijn cholesterol vrijgeven. Op zijn beurt kan het ook worden opgenomen door een bepaald type witte bloedcel (macrofaag), zodat het cholesterol in de bloedvaten wordt afgezet. LDL wordt daarom vaak "het slechte cholesterol" genoemd, omdat een verhoogd LDL- cholesterolgehalte is gekoppeld aan een groter risico op problemen met de bloedsomloop.

        HDL (High Dnesity Lipoprotein) is het kleinste en relatief zwaarste lipoproteïne. AHDL bevat een speciaal enzym, dat cholesterol kan oplossen als het op ongewenste plaatsen in het lichaam aangetroffen wordt. HDL absorbeert cholesterol en gaat terug naar de lever. Hier wordt het ingeleverd, zodat het 'gerecycled' kan worden. Dit fenomeen wordt "omgekeerd cholesteroltransport" genoemd en is een bescherming tegen cholesterolafzettingen in de bloedbaan (aderverkalking). Dit type cholesterol wrodt daarom vaak "het goede cholesterol" genoemd.

        HDL- en LDL-cholesterol zijn in zekere zin tegenpolen van elkaar. Waar LDL- cholesterol vetafzettingen in de bloedvaten kan vormen en de wand in de bloedvaten dikker en minder elastisch kan maken en dus de doorbloeding zwakker is, heeft HDL-cholesterol het tegenovergestelde effect. Een hoog HDL-cholesterol is goed voor de bloedsomloop, omdat het de vetophoping in de bloedvaten vermindert en het cholesterol naar de lever transporteert, waar het opnieuw wordt gebruikt of via de gal uit het lichaam wordt afgescheiden. Hoge triglyceride wordt ook vaak gevolgd door lage HDL, dus als de triglyceride wordt verlaagt, zal het HDL stijgen.

        Als zodanig zijn er geen symptomen, die u kunnen waarschuwen, dat u een verhoogd cholesterolgehalte nadert, maar uw arts kan een bloedonderzoek doen om aan te tonen of u een verhoogd of een normaal cholesterolgehalte heeft. Bij extreem hoog cholesterol kan er echter iets onder de huid worden afgezet, b.v. op ellebogen of oogleden. Het wordt gezien als gelige vlekken of als een gele ring rond de iris van het oog. Als u dit ervaart, kan dit een teken zijn van een hoog cholesterolgehalte - vooral bij jongere mensen, die een genetische aanleg voor verhoogd cholesterol kunnen hebben.

        Omdat het bloed verschillende soorten cholesterol bevat, moet men naar het totaalbeeld kijken om erachter te komen of het cholesterolgehalte kan leiden tot een verhoogd risico op problemen met de bloedsomloop.

         

        Hoe moeten we cholesterolwaarden interpreteren?

        Wanneer het cholesterolgehalte wordt gemeten, bestaat de meting meestal uit verschillende delen - totaal cholesterol, HDL, LDL en triglyceride.

        Aangezien HDL hoog moet zijn, is het een goed idee om de verschillende cijfers te vergelijken om een ​​goed beeld te krijgen of het algemene beeld goed of minder goed is. Als we het over cholesterol hebben, hangt het totaalbeeld ook af van een aantal andere risicofactoren, zoals roken, zwaarlijvigheid, diabetes en mogelijk hypertensie (hoge bloeddruk). De verschillende risicofactoren hebben de neiging elkaar te versterken, dus hoe meer u heeft, hoe belangrijker het wordt, dat ze het onder de knie te krijgen.

        Men zal zich vaak concentreren op het totale cholesterol, dat bij voorkeur laag zou moeten zijn - b.v. onder de 5 mmol/l. Het totale cholesterol neemt echter vaak toe met de leeftijd, en een totaal cholesterolgehalte tussen 5 en 6 mmol/l kan vaak prima in orde zijn, zolang er geen andere factoren zijn waarmee rekening moet worden gehouden. Tegelijkertijd moet het niveau van HDL-cholesterol minimaal een kwart van de totale hoeveelheid cholesterol uitmaken.

        LDL-cholesterol
        LDL-cholesterol is het slechte cholesterol. Hoe lager dit is, hoe beter. De streefwaardes verschillen per persoon. Dit heeft te maken met het risico op hart- en vaatziekten.

        Een LDL-cholesterol onder de 3,0 mmol/l is over het algemeen goed
        Voor mensen met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten is de streefwaarde voor LDL-cholesterol lager:

        Lager dan 2,6 mmol/l bij mensen met een hoog risico op hart- en vaatziekten.

        Lager dan 1,8 mmol/l bij mensen met hart- en vaatziekten die jonger zijn dan 70 jaar.

        HDL-cholesterol
        Het HDL-cholesterol is het goede cholesterol. Het helpt bij het opruimen van het cholesterol uit het bloed. Er is geen streefwaarde. Maar een hogere waarde geeft mogelijk een lager risico op hart- en vaatziekten. Dit geldt voor HDL-waarden:

        Hoger dan 1,0 mmol/l bij mannen

        Hoger dan 1,2 mmol/l bij vrouwen

        Triglyceriden
        Ook voor het triglyceridengehalte geldt geen streefwaarde. Een waarde lager dan 1,7 mmol/l wijst op een lager risico op hart- en vaatziekten.

        mmol/l zijn de waardes, die in Nederland gebruikt worden. Het kan zijn, dat in andere landen men andere waardes gebruikt.

         

        Wat beïnvloedt het cholesterolgehalte?

        Er zijn verschillende factoren, die iets te zeggen hebben als het gaat om uw cholesterolgehalte. Erfelijke factoren en leeftijd spelen een rol, en levensstijl kan ook absoluut cruciaal zijn om te bepalen of uw cholesterolgehalte te hoog of op een normaal niveau is. 

        Zodra u wat ouder wordt, is het belangrijk dat u uw cholesterolgehalte regelmatig laat controleren, aangezien een verhoogd cholesterolgehalte erfelijk kan zijn en losstaat van uw levensstijl.

         

        Wat kunt u doen om uw cholesterol te verlagen?

        Wanneer bij u een hoog cholesterolgehalte is vastgesteld, kunt u zelf iets doen om het cholesterolgehalte in uw bloed te verlagen:

        Voeding.
        Het voedsel dat we consumeren is erg belangrijk voor ons cholesterolgehalte, en wanneer u uw cholesterolgehalte op een gezond niveau wilt houden, is het af te raden om vlees van viervoetige dieren te eten en in plaats daarvan vis en gevogelte te eten. Daarnaast is het aan te raden om veel groente en fruit te eten en ca. 30 gram noten per dag en minder suiker en onverzadigd vet. Het vervangen van verzadigd vet (dat bij kamertemperatuur stijf is) door enkelvoudig onverzadigd of meervoudig onverzadigd vet (dat vloeibaar is bij kamertemperatuur) zal doorgaans het cholesterolgehalte in een goede richting beïnvloeden. Bovendien kan de inname van langketenige omega-3-vetzuren uit vis- of algenolie helpen om de triglyceridenspiegels in het bloed normaal te houden.

        Beweging.
        Wanneer u aan sport doet en uw lichaam in beweging houdt, neemt de hoeveelheid HDL-cholesterol - het goede cholesterol - in het bloed toe en wordt de bloedsomloop beschermd. Wanneer u regelmatig beweegt, kan het ook een positief effect hebben op uw stressniveau, wat ook een impact heeft op uw cholesterolgehalte en bovendien op uw algemene gezondheid en welzijn.

        Gewicht.
        Obesitas en een verhoogd cholesterolgehalte zijn meestal gerelateerd, en daarom wordt aanbevolen om overtollig vet te verliezen en een BMI onder de 25 te houden. Hoe schadelijk obesitas is voor uw bloedsomloop, hangt af van waar op het lichaam het vet zich bevindt. Studies tonen aan dat vet dat centraal op het lichaam wordt geplaatst, dwz op de buik - "appelvorm" - een groter risico heeft om problemen met de bloedsomloop te veroorzaken dan vet dat op de dijen en billen wordt geplaatst - "peervorm".

        Alcohol en sigaretten.
        Een kleine inname van alcohol kan juist helpen de hoeveelheid HDL-cholesterol - het goede cholesterol - in het bloed te verhogen en zo het risico op aderverkalking te verminderen. Als u daarentegen grotere hoeveelheden alcohol drinkt, kan dit een negatief effect hebben op uw bloedsomloop, omdat (teveel) alcohol kan helpen de hoeveelheid vet in de lever te verhogen. Roken kan niet direct worden gemeten aan uw cholesterolgehalte, maar is sowieso uiterst schadelijk voor uw bloedsomloop omdat het aderverkalking bevordert.

        Voedingssupplementen.
        Als aanvulling op een gezonde levensstijl kan er ook hulp gevonden worden bij ingrediënten uit de natuur wanneer men een normaal cholesterolgehalte wenst te behouden.

         

        Terug naar boven